Waar oudere generaties jarenlang hebben geleerd dat werk vooral iets is waar je je doorheen moet ploegen, stelt generatie Z openlijk de vragen die veel anderen zich pas later durven te stellen: ๐๐ข๐ข๐ณ๐ฐ๐ฎ ๐ฅ๐ฐ๐ฆ๐ฏ ๐ธ๐ฆ ๐ฅ๐ช๐ต ๐ฆ๐ช๐จ๐ฆ๐ฏ๐ญ๐ช๐ซ๐ฌ ๐ป๐ฐ? ๐๐ข๐ข๐ณ๐ฐ๐ฎ ๐ข๐ค๐ค๐ฆ๐ฑ๐ต๐ฆ๐ณ๐ฆ๐ฏ ๐ธ๐ฆ ๐ด๐ญ๐ฆ๐ค๐ฉ๐ต๐ฆ ๐ข๐ณ๐ฃ๐ฆ๐ช๐ฅ๐ด๐ฐ๐ฎ๐ด๐ต๐ข๐ฏ๐ฅ๐ช๐จ๐ฉ๐ฆ๐ฅ๐ฆ๐ฏ? ๐๐ข๐ข๐ณ๐ฐ๐ฎ ๐ป๐ฐ๐ถ ๐ช๐ฌ ๐ฎ๐ฆ๐ป๐ฆ๐ญ๐ง ๐ฐ๐ฑ๐ฐ๐ง๐ง๐ฆ๐ณ๐ฆ๐ฏ ๐ท๐ฐ๐ฐ๐ณ ๐ธ๐ฆ๐ณ๐ฌ?
We verwijten generatie Z dat ze โgeen werkethosโ hebben, โte hoge eisenโ stellen en โniet loyaalโ zijn. Maar wat als die kritiek eigenlijk een projectie is? Wat als generatie Z precies doet wat veel mensen zelf zouden willen, maar nooit hebben gedurfd?
Wie wil er nรญet een gezonde werk-privรฉbalans? Wie heeft er nooit gedacht: ga ik dit blijven doen tot m’n pensioen? Wie heeft er niet geworsteld met hiรซrarchische structuren en nutteloze regels? Misschien is generatie Z niet lui, maar weigeren ze simpelweg om mee te gaan in een systeem dat al jarenlang mensen uitput. In plaats van te klagen over hun houding, zouden we ons kunnen afvragen: wat kunnen we van hen leren?
๐๐ข๐ฌ๐ฌ๐๐ก๐ข๐๐ง ๐ข๐ฌ ๐ ๐๐ง๐๐ซ๐๐ญ๐ข๐ ๐ ๐ง๐ข๐๐ญ ๐ก๐๐ญ ๐ฉ๐ซ๐จ๐๐ฅ๐๐๐ฆ, ๐ฆ๐๐๐ซ ๐๐ ๐ฌ๐ฉ๐ข๐๐ ๐๐ฅ. ๐๐๐ง ๐ฎ๐ข๐ญ๐ง๐จ๐๐ข๐ ๐ข๐ง๐ ๐จ๐ฆ ๐๐๐ซ๐ฅ๐ข๐ฃ๐ค ๐ญ๐ ๐ณ๐ข๐ฃ๐ง ๐จ๐ฏ๐๐ซ ๐ฐ๐๐ญ ๐ฐ๐ ๐ณ๐๐ฅ๐ ๐ง๐จ๐๐ข๐ ๐ก๐๐๐๐๐ง. ๐๐ฎ๐ซ๐ฏ๐๐ง ๐ฐ๐ ๐๐๐ญ ๐๐๐ง?

